Een elitesoldaat wordt danser en de vraag hoe “idioot” Israël eigenlijk is: Jan Lauwers en zijn Needcompany schuwen de provocatie niet. Al het goede is een rijke en tot nadenken stemmende theatrale ervaring over kunst en het leven.
Wat een carrière, wat een leven: de man was een Israëlische elitesoldaat, doodde Hezbollah-activisten in geheime missies in Libanon, kreeg schotwonden in zijn benen, nam ontslag, studeerde ondanks zijn beschadigde botten ballet en verhuisde als professioneel danser naar Duitsland. Spiernaakt ligt deze Elik Niv nu in de machinehal van Gladbeck-Zweckel, een industrieel monument. Hij speelt zichzelf en hoe hij verliefd wordt op een Belgische vrouw, en haar familie van Israël-kritische kunstenaars volledig van streek brengt.
Hond met doorgesneden stembanden
Hij doodde elf mensen, beweert Elik Niv. Eén oor sneed hij van elk lijk af, zoals gebruikelijk en als genetisch bewijs dat de missie succesvol was. Een hond met doorgesneden stembanden hoorde er altijd bij, als stil alarm, omdat dieren van een kilometer verderop konden horen. En ze vervoerden explosieven als zelfvernietigende robots op ruw terrein. Klopt dat? De toeschouwers puzzelen, het levensverhaal is authentiek, de bloedige anekdotes misschien niet, de algemene vervreemding natuurlijk doelbewust.
Bohème in Brussel-Molenbeek
De Belgische theatermaker Jan Lauwers kruiste het pad van deze Elik Niv en besloot om samen met hem een autobiografisch project te leiden: “Al het goede”, een verontrustende maar lonende avond over het leven van de onzekere bohemiens van vandaag, over Jan Lauwers' acteursgezelschap Needcompany in Molenbeek in tijden van terrorisme en van het aanhoudende conflict in het Midden-Oosten. Alle kunstenaars kanten tegen het doden, tegen het soldatenwerk en eigenlijk ook tegen de Israëlische politiek. En dan komt de dochter met Elik Niv naar huis, heeft seks met hem, filmt zijn geslachtsdelen in close-up, grapt over hem, vindt zijn lichaam sexy.
Dit deel van het verhaal is natuurlijk verzonnen, maar de grenzen tussen realiteit en fictie zijn bewust vervaagd. Jan Lauwers zelf leidt de avond, stelt de acteur voor die hem zal belichamen, vertelt over het leven van alle betrokkenen: zijn creatieve vrouw, zijn rebelse zoon, diens Braziliaanse muze, zijn dochter, enkele muzikanten (onder leiding van Maarten Seghers) die ook als vos, rat of kraai opgevoerd worden. Twee uur lang wordt het gezamenlijke leven in het atelier nagespeeld. Jaloezie, slippertjes, vele debatten over kunst en zelfs de afstand tot Elik Niv, die meer getolereerd dan gewaardeerd wordt en uiteindelijk enkel ongemakkelijke vragen moet beantwoorden: hoe “idioot” Israël eigenlijk wel is, en wat moorden met je doet.
Kunst mag geen compromissen sluiten
Toegegeven: het is erg vermoeiend om al deze niveaus en talen te volgen, er wordt immers Hebreeuws en Vlaams gesproken, Engels en Frans, zelfs een paar zinnen in het Duits. Maar het blijft een ongelooflijk dichte, soms sarcastische, dan weer beklemmende of satirische avond over het leven tussen kunst en de werkelijkheid. Jan Lauwers verwerpt consequent het politieke theater, dat politiek in kunst en kunst in politiek verandert, en hij beschouwt beide als gevaarlijk. Kunstenaars moeten geen compromissen sluiten of de oplossingen voorstellen die van de politiek worden verwacht. Zo blijft het bij esthetische debatten en enkele onthullende beschrijvingen.
Glazen voorwerpen uit Hebron
Het gaat over Picasso's reuzenschilderij “Guernica”, over Marcel Duchamps urinoir met de verwarrende titel “Fountain”, en de vraag waarom hij midden in de Eerste Wereldoorlog (1917) niets beters te doen had. En helemaal aan het einde wordt de verwoestende Kruisafneming van Rogier van der Weyden uit 1440 in detail getoond en geduid. Waarom? Wat heeft dit alles te maken met terrorisme en het Midden-Oosten? De vraag is of het Goede in deze duistere wereld nog ergens te vinden is. Het niet verrassende antwoord van Jan Lauwers: “Daar moet iedereen zelf achter komen en blijven kijken, vooral naar grote kunstwerken, om de waarheid te ontdekken.” In figuurlijke zin geldt dit des te meer voor mensen.
Op het podium zijn 800 glazen voorwerpen te zien, geblazen door de Palestijnse ambachtsman Mahmoud uit Hebron. Ze zouden symbool kunnen staan voor tranen of druppels. Een aantal breekt, er liggen overal splinters, de angst is groot dat iemand zich zou verwonden, vooral omdat sommigen op blote voeten dansen. Wat een briljant idee, wat een doordachte theaterervaring!
Needcompany
Performers
weNEEDmoreCOMPANY
Invisible Time
Contact
|
producties
|
tour
Kalender
|
Publicaties
Boeken
Muziek
Film
|
Nieuwsbrief
Aanmelden
Archief
|